Meester Martin Rongen (oud-Oirlonaar)

Martin Rongen werd “as d’n ennige jong van d’n Oirlose smid” op 27 juli 1904 geboren uit het huwelijk van Antoon Rongen en Petronella Brentjens. Op de lagere school bleek dat hij goed kon leren; dat betekende in vroeger dagen vaak dat de jongeling naar het seminarie zou gaan. Zo verging het ook Martin die, in plaats van zich zoals zijn vader aan de blaasbalg en achter het aambeeld te posteren, werd ingeschreven op het seminarie bij de paters S.V.D. (Missiehuis St. Willibordus) te Uden van 1916 – 8 februari 1920. Societas Verbi Divini, wat betekent Gezelschap van het Goddelijk Woord. Drie en een half jaar was hij daar student. Er heerste een ijzeren mentaliteit en tucht en slechts eenmaal per jaar mochten de jongens drie weken naar huis.

Zijn vakkenpakket omvatte veel vormen van cultuur, echter met name toneel en muziek. Hij leerde toneel spelen/drama en werd hierin onderricht door pater Linnebank, docent Nederlands. Verder kreeg hij orgelles, harmoniumles, viool- en zangles. De viool – met lesboek – hebben de ouders van Martin via het Missiehuis, waarschijnlijk in 1916, gekocht bij de Koninklijke Nederlandsche Fabriek van Muziekinstrumenten – voorheen M.J.H. Kessels te Tilburg. De viool is in de Tweede Wereldoorlog door Duitse soldaten gestolen en meegenomen.

Na drie en een half jaar was duidelijk dat Martin zijn levensroeping niet zag in het priesterschap. Hij keerde in “de wereld” terug en besloot meester te worden. Hij doorliep enkele jaren de kweekschool in Venlo, alwaar hij in 1923 voor het eindexamen slaagde.

In die jaren was het moeilijk om een aanstelling als onderwijzer te krijgen. Zijn eerste sollicitatiebrief richtte hij tot het schoolbestuur van Castenray, maar hij werd vanwege zijn dienstplicht afgewezen. Toen hij niet lang daarna werd vrijgesteld van dienst, was Castenray inmiddels van de baan. Rongen zocht het verder van huis: in Winterswijk.

Toen hij zijn benoeming in Winterswijk al op zak had, kwam er plotseling een tip van de toenmalige inspecteur van het lager onderwijs, de heer Coenen, om in America te solliciteren. Daar zochten ze een vierde leerkracht. Martin Rongen hapte toe en op 15 juni 1923 kreeg hij – toen pas 18 jaar – officieel zijn aanstelling.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *